Woordkeus en formuleringen rond Gaza

zondag 15 oktober 2023

Onderstaand stukje schreef ik als e-mail aan Nu.nl, in reactie op het artikel ‘Als je opschrijft wat er gebeurt, is het duidelijk genoeg'(1)

Hallo,

Met belangstelling las ik uw artikel “Als je opschrijft wat er gebeurt, is het al duidelijk genoeg”, 15 oktober 2023 Nu.nl. Daarin geeft u aan hoe u omgaat met het verwoorden van het Palestijns- Israëlisch conflict. U geeft daarin aan, dat u uw taak ziet als het weergeven van de feiten, zonder een kant te kiezen. De titel van het artikel is van die intentie een mooie weergave: “Als je opschrijft wat er gebeurt, is het al duidelijk genoeg.” Feiten, graag. Geen evaluatie van de feiten.

Maar het gaat vrijwel ogenblikkelijk mis. Ik citeer: “De gruwelijke aanvallen van Hamas op Israël vorig weekend en de tegenaanval en blokkade van de Gazastrook wekten bij veel mensen opnieuw heftige emoties op (…)” De aanvallen van Hamas zijn in de bewoordingen van Nu.nl “gruwelijk”: een heel nadrukkelijke verwoording van afschuw. Wat Israel doet, de tegenaanval en blokkade, wordt echter niet voorafgegaan door een soortgelijk verwoording van weerzin. Terwijl intussen het aantal slachtoffers van die Israëlische tegenaanval het aantal doden door de Hamas-aanval verre overtreft.

De lezer blijft achter met het gevoel dat de redactie van Nu.nl een stuk meer afkeer heeft van de gewelddaden van Hamas dan van de intussen al veel grootschaliger gewelddaden van de Israëlische staat. U kiest daarmee wel degelijk een kant: die van die Israëlische staat.

Dit was vrij eenvoudig te vermijden geweest. Het wordje “gruwelijke” had weggelaten kunnen worden. Of de woordjes “tegenaanval en blokkade” hadden voorafgegaan kunnen worden door  “eveneens weerzinwekkende” of iets dergelijks. Het eerste was zakelijker geweest, en had het beste recht gedaan aan uw uitgesproken intentie: opschrijven wat er gebeurt, en het daarbij laten.

Er had trouwenswel bij gemogen dat de “tegenaanval en blokkade van de Gazastrook een dader hebben. Er staat “aanvallen van Hamas”, waarom staat er niet “tegenaanval en blokkade door de staat Israël”?

Er valt meer te zeggen: de presentatie van het geweld alsof Hamas met haar aanval het startschot voor de huidige geweldsgolf gaf, een startschot  waarop Israël alleen maar reageerde, is hoogst aanvechtbaar. Aan Hamas’ aanval gingen maandelange Israëlische provocaties en gewelddaden vooraf. Het was legitiem geweest om te spreken van Israëlische gewelddaden, gevolgd door een tegenaanval van Hamas. Net andersom dus, met Israëls gedrag als startpunt en het gedrag van Hamas als reactie daarop. Dat was veel beter geweest.

Als u daar een vorm van partijn kiezen in ziet tegen Israël, dan breng ik daar tegenin dat  het presenteren van de aanval van Hamas als startpunt van het huidige geweld te presenteren, een vorm van partij kiezen is voor Israël. Een vorm van partij kiezen is in de presentatie van dit type van gebeurtenissen onvermijdelijk. Beter om daar open over te zijn, een keus te maken en die te verantwoorden naar de lezer toe.

Maar ook als u zich aan deze analytische kwestie niet waagt, dan blijft staan dat uw woordkeus heel wat minder nauwkeurig en evenwichtig is dan uw uitgesproken intenties en de kop van het artikel suggereren. Ik hoop dat dit wordt rechtgezet en zich in de toekomst niet herhaalt.

Groet,
Peter Storm

Nawoord, toegevoegd 15 oktober 2023 om 15.36 uur:

Mijn mail is vriendelijk beantwoord, waarbij de betreffende redacteur er op wees dat inmiddels in het artikel op de “grote humanitaire gevolgen” van de Israëlische bombardementen wordt gewezen. Het is iets. Maar het blijft een prob,keem dat, waar vooor de hamas-aanval gekkozen wordt voor emotineel beladen taal, de beschrijvingen van Israëlische acties voor klinische en zakelijke bewoordingen gekozen blijft worden.

Noot: (1) ‘Als je opschrijft wat er gebeurt, is het al duidelijk genoeg’, Nu.nl, 15 oktober 2023, https://www.nu.nl/blog/6285314/als-je-opschrijft-wat-er-gebeurt-is-het-al-duidelijk-genoeg.html