Die oorlog om Oekraïne: lastige argumenten. Deel 6

dinsdag 8 augustus 2023

Slotopmerkingen en voornemens

Lezers hebben nog een deel 6 van me tegoed in deze serie ‘Die oorlog om Oekraïne’. Bij deze! Dit wordt wel het slotdeel. Niet omdat er niet meer te zeggen is. Maar dat kan wel weer in andere artikelen. Wel om ook weer eens aan andere onderwerpen toe te komen, op dit blog en daarbuiten.

Laten we kort de kernargumenten die in eerdere delen zijn besproken, nog eens doornemen en combineren. Laten we ook kijken wat dit betekent wat praktische opstelling betreft in en tegen deze oorlog. En laat ik ook proberen aan te geven welke aspecten wat mij betreft nog eens beter uitgediept zouden mogen worden. Huiswerk als het ware, niet in de laatste plaats voor mezelf.

De oorlog om Oekraïne combineert minstens twee conflicten. Het is een poging van het Russiche rijk om haar vroegere gebied Oekraïne weer aan zich te onderwerpen. Dat accepteren veel mensen in Oekraïne niet: die verzetten zich tegen de Russische invasie, bezetting en dreigende verdere onderwerping. Ze verweren zich op allerlei middelen, en ze doen dat veelal met de wapens in de hand. Hier zien we een koloniale oorlog: ene poging tot koloniale onderwerping enerzijds, een poging tot antikoloniaal verzet anderzijds. Hier is neutraliteit niet aan de orde. Hierin verdient de koloniale agressor de volledige nederlaag. Niet omdat de Oekraïense regering sympathiek is: regeringen zijn zonder uitzondering ondingen. Niet omdat Oekraïne als staat ons respect verdient. Geen enkele staat verdient dat respect. Niet omdat de Oekraïense natie een vaandel is waar ik me graag achter schaar: ik schaar me achter geen enkel nationalistisch project. Wel omdat kolonialisme opgedoekt dient te worden, waar dan ook. Mensen in Oekraïne vechten tegen het Russische kolonialisme, en in precies dat specifieke conflict weiger ik ‘onpartijdigheid’ en ‘neutraliteit’. Rusland behoort deze oorlog te verliezen.

Tegelijk is er een andere conflict gaande. Rusland probeert in haar voormalige gebiedsdelen en invloedssfeer haar oppermacht te herstellen. Daarmee botst ze met de VS en de EU, die in die gebiedsdelen en invloedssfeer een neoliberaal informeel imperium hebben ingericht of proberen in te richten, zoals ze dat in andere delen van de wereld ook deden. Dat neoliberale imperium – met haar privatiseringsbeleid, haar vrije markt-promotie, met het faciliteren van ongebreidelde exploitatie door Westerse multinationale ondernemingen – en het Russische imperium botsen. VS, NAVO en EU proberen Oekraïne binnen hun imperium te krijgen, Rusland probeert dat te beletten. In dit conflict valt niets te kiezen: beide imperia zijn bronnen van onderdrukking en uitbuiting, gangmakers van militarisme en oorlog.

Het lastige is dan dat de strijd die mensen in Oekraïne tegen Ruslands invasie voeren, tegelijk benut wordt door de VS en de door haar gedomineerde NAVO. En het tragische is dat mensen in Oekraïne zich genoodzaakt voelen om de steun van het ene imperialisme te accepteren en zelfs actief na te streven, om zich dat andere imperialisme van het lijf te houden. Tegen de Russische aanvallers heeft Oekraïne behoefte aan Westerse wapens, en dat is mensen in Oekraïne niet te verwijten. Tegelijk betekent die afhankelijkheid van Westerse wapens zelf wel weer een afhankelijkheid. Oekraïne wil die wapens gebruiken om Rusland de verslaan.

Westerse leveranciers kunnen die afhankelijkheid maar al te makkelijk gebruiken om Oekraïne een bepaalde koers op te dringen. Als het Oekraïense tegenoffensief mislukt – een reëel gevaar – dan is de kans groot dat Oekraïne naar de onderhandelingstafel wordt geduwd door de VS, in de richting van een compromis waarin Oekraïne moet berusten in de permanente bezetting en inlijving van de Krim en Donbas, de permanente onderdrukking van de bevolking daar, de verregaande gelijkschakeling van de maatschappij. Kortom: met een gedeeltelijk koloniaal soi ucces van de oorlog. Dat is niet alleen onaanvaardbaar, het garandeert ook verdergaand bloedvergieten. Deels in de vorm van staatsrepressie door Rusland. Deels omdat Oekraïense verzetsstrijders door zullen vechten, ook als de Oekraïense president Zelensky een krabbel onder een akkoord zet. Op die repressie zullen Russische troepen met represailles reageren, en van daaruit is het een kwestie van tijd voor Oekraïense staat die verzetsstrijders toch gaat steunen en/of Rusland die staat – en haar bewoners- opnieuw aanvalt als echte of beweerde bron van wat Rusland dan ongetwijfeld neonazi’s en terrorisme zal noemen. En hoe kunnen VS en andere NAVO-staten de Oekraïense regering naar zo’n compromis bewegen? Door wapenleveranties af te bouwen, of daarmee te dreigen. Wat voor Oekraïne een middel is voor overleving, is voor de NAVO eerder een soort aan-en-uitknop in de oorlog waarin de vrijheid voor de mensen in Oekraïne bijzaak is.

Hoe gaan we hier als linkse, radicale, anarchistische en antimilitaristische mensen het beste mee om? Welnu: omdat mensen in Oekraïne – helaas voornamelijk in staats- en militair verband – die wapens niet kunnen missen in hun legitieme verzet, is het verkeerd om leveranties van die wapens voor de voeten te lopen, actief tegen te werken, er protesten en verzetsacties tegen te organiseren. Strijders in Oekraïne hebben daarom het volste recht om wapens te zoeken, te krijgen te kopen, te lenen of voor mijn part te stelen. Activisten die dit soort dingen tegenwerken of beletten, helpen daarmee Rusland.

Tegelijk: omdat de Westerse wapenleveranties een wapen van dat Westerse imperium is dat we evenmin steunen als haar Russische tegenpool, is actief oproepen tot zulke wapenleveranties, het actief ondersteunen en promoten ervan, ook niet goed. Het zijn en blijven hun wapenleveranties, het zijn en blijven operaties waarmee NAVO-staten hun belangen – imperiale belangen, niet de belangen van de Oekraïense vrijheidsstrijd – proberen te bevorderen. Dwarsbomen van de concrete wapenleveranties is niet OK. Maar ons vereenzelvigen met de wapenleveranciers en de politiek daarachter is dat evenmin.

Dat betekent bijvoorbeeld ook dat die wapenleveranties maar beter voor rekening van leveranciers en Westerse regeringen komen – niet voor onze rekening! Specifieke acties tegen die leveranties zijn niet handig. Maar algemene strijd voor bijvoorbeeld hogere lonen en tegen werkdruk gaan we niet opschorten enkel en alleen omdat wapenproductie er last van heeft. Als de winstmarges van Lockheed onder druk komen als arbeiders in hun fabrieken tempoverlaging en loosverhogingen proberen afdwingen met stakingen mag zo zijn, maar is niet het probleem van die arbeiders, niet het probleem van Oekraïense strijders, en ook niet van ons als activisten. Dan maar een lagere winstmarge.

Opschorting van de klassenstrijd ‘om Oekraïne te helpen’ is een heel slecht idee. Wie we daarmee helpen is immers niet de mensen in Oekraïne, maar de wapenleveranciers en militaristische politici hier. Die zijn en blijven echter onze vijand, ook als ze met hun wapenleveranties om hun eigen foute redenen iets doen dat wij om betere redenen graag gedaan zien worden, namelijk het leveren van spullen waar mensen in Oekraïne zich mee kunnen verdedigen tegen een vijand die hen anders alsnog dreigt te verpletteren. Onze oppositie tegen het militarisme en de wapenindustrie blijft overeind. Pogingen van Westerse regeringen om de ‘defensie’-uitgaven te verhogen, verdienen bijvoorbeeld ook een hard en duidelijk NEE. Die wapens voor Oekraïne betalen ze maar door andere wapenleveranties te schrappen, door elders op de oorlogsbegroting te doen wat toch al nodig is: snijden. De vrijheidsstrijd in Oekraïne verdient steun. De poging van Westerse regeringen om uit die steun machtspolitieke en economische winst te behalen verdient dat geenszins.

Dat we ons niet met de belangen achter de Westerse wapensteun vereenzelvigen, maakt het ook mogelijk om nu en dan nee te zeggen tegen aspecten daarvan. Voorbeelden heb ik vrij uitgebreid behandeld: clusterbommen en munitie met verarmd uranium. Dat radicale activisten de pogingen vanuit Oekraïne om aan de nodige wapens te komen erkennen als legitiem, dat ze die pogingen in het algemeen niet voor de voeten willen lopen, betekent niet dat die radicale activisten akkoord gaan met welk wapen dan ook. Ik onderschrijf nadrukkelijk ook niet te these van sommige trotskisten die zeggen dat het onze plicht is om ons in te zetten voor Westerse wapenleveranties ter ondersteuning van Oekraïne, dat we onze regeringen ertoe zouden moeten brengen om alles te leveren waar Oekraïne om vraagt. We zetten ons daar niet actief voor in. We lopen de uitvoering ervan wat mij betreft alleen niet voor de voeten, omdat we niet willen dat Rusland deze oorlog wint en daarmee haar koloniale zin krijgt. We behouden maar liever ons het recht voor om van geval tot geval te kijken. Dat Oekraïne in haar wanhoop vraagt om een verschrikkelijk wapen, is nog geen reden om de verschrikkelijkheid van dat wapen weg te wimpelen met ‘Oekraïne vraagt het nu eenmaal’. Sommige wapens zijn simpelweg onder alle omstandigheden onaanvaardbaar, ook als degenen die er om vragen een rechtmatige strijd voeren.

Enkele slotopmerkingen. Ik heb heel weinig gezegd over rol en invloed van fascisten aan de Oekraïense kant in deze oorlog, en in Oekraïne in het algemeen. Die rol en invloed zijn helaas zeer aanzienlijk. Doet dit iets af aan de kern van het conflict? Ik denk het uiteindelijk niet. Mensen in Oekraïne zeggen nee tegen Russische overheersing, invasie en bezetting. Dat doen ze niet omdat ze fascist zijn, dat doen ze omdat ze niet overheerst, onderdrukt, gelijkgeschakeld en/of uitgemoord wensen te worden. Het fascisme is deels zo sterk in Oekraïne omdat en voor zover andere politieke stromingen er onvoldoende in slagen om zichzelf naar voren te schuiven als kracht die het Russische kolonialisme weet te bestrijden zonder in de nationalistische valkuil te belanden.

Dat fascisten zo invloedrijk zijn in de oorlog tegen Rusland is geen reden voor anarchisten om die oorlog dan maar terzijde te laten. Het is eerder een extra reden om zich wel in de strijd te mengen, onder eigen antifascistische en anarchistische vlag.(1) Zodat het fascisme – na de oorlog maar ook al nu – niet het krediet kan claimen de enige of beste verdediger te zijn tegen dat andere fascisme, dat van Poetin en zijn koloniale legers. In een antikoloniale strijd die mensen in Oekraïne is opgedrongen, is afzijdigheid nauwelijks een zinnige optie. En als wij willen dat die strijd en het naoorlogse Oekraïne niet gedomineerd wordt door rechts, dan kunnen we daar iets aan doen. Er zijn initiatieven en netwerken die vanuit anti-autoritaire en anarchistische insteek ondersteuning en hulp organiseren aan anarchisten die meevechten tegen Rusland, maar ook ter ondersteuning van allerlei sociale initiatieven – van feminisme tot en met het helpen van dieren – in Oekraïne zelf. Die initiatieven kunnen we onze solidariteit en onze ondersteuning geven! Ik noemde al de Solidarity Collectives, die strijders aan het front ondersteunt met beschermingsmaterialen waarvoor ze dan inzamelingen houden. Maar er zijn er meer.(2)

Ik heb ook weinig gezegd over de sociale en politieke verhoudingen in Oekraïne. Er gebeurt daar meer dan alleen oorlogsvoering. Er zijn protesten, tegen neoliberale maatregelen, tegen het traag uitbetalen van lonen, tegen vervuiling, en ga zo maar door.(3) Dat we mensen in Oekraïne steunen tegen de Russische invasie, betekent nadrukkelijk niet dat we Oekraïense machthebbers verdedigen tegen kritiek, protest en verzet van onderop! Het is niet acceptabel dat in Westerse staten wapenindustrie en militaristische politiek de Oekraïense oorlog misbruikt om haar klassebelangen hier te promoten, Daar mogen ze niet mee weg komen. Het is evenmin acceptabel dat Oekraïense oligarchen, politici en generaals de oorlog tegen Rusland misbruiken om hun klassenbelangen door te drukken tegenover verzet en protest van onderop.

Terwijl we aan de kant staan van degenen in Oekraïne die zich tegen Rusland verweren, staan we tegelijk aan de kant van degenen in Oekraïne die daarbij de macht van staat en kapitaal trotseren en voor hun rechten en vrijheid vechten. Uiteindelijk hangen die gevechten immers samen. Een Russische overwinning is juist daarom zo verwerpelijk omdat die elke mogelijkheid van verzet van onderop veel diepgaander onmogelijk maakt dan dat de Oekraïense staat dat weet te doen. De vrijheid om sociale strijd te voeren hangt mede af van een Russische nederlaag. Maar die sociale actie kan niet wachten tot die nederlaag zich heeft voltrokken. Ik hoop hier eens op terug te komen, net als op de sociale strijd in het koloniale rijk Rusland zelf trouwens. Die strijd is van immens potentieel belang: daar zou wel eens het einde van deze oorlog ten nauwste mee samen kunnen hangen, via wat ik in een eerder deel al een 1917 2.0 noemde.

Tenslotte, nog een voornemen. Ik heb het keer op keer over het koloniale karakter van deze oorlog. Daar is veel en veel meer over te zeggen, want de typering van de oorlog als koloniaal blijkt allerlei indringende vragen en tegenwerpingen op te roepen. Die verdienen een uitvoeriger en diepgaander behandeling dan ik ze hier impliciet heb gegeven. Wat is dat Russische koloniale rijk eigenlijk? Wat betekent het als ik het verzet van Oekraïense zijde als antikoloniaal typeer – en wat betekent het in ieder geval niet? Daar ga ik in een ander artikel nog eens uitvoerig aandacht besteden.

Deze reeks rond ik hiermee af. Maar het is dus beslist niet het laatste wat je over deze oorlog van mij te lezen zult krijgen. Een afronding betekent niet automatisch een slot…

Noten:

(1) Een mooie Twitter-thread – pardon, X-thread…. – legt het uit. Komrade_161op X, 26 juli 2023, https://twitter.com/Komrade5738/status/1684308583880458241

(2) Solidarity Collectives vind je via https://www.solidaritycollectives.org/, zoals ik in een eerder deel al had verteld. Een heleboel anderen vind je via een twitter-shread van pivonkaa, op X, 2 juni 2023, https://twitter.com/pivonkaaa_/status/1664625110886633474

(3) Assembly.org,ua, ‘July wave of social conflicts in Ukraine’, Libcom, 6 augustus 2023, https://libcom.org/article/july-wave-social-conflicts-ukraine

Peter Storm